Forum godinnen en beeldvorming
 weblog | godinnen | forum home ||

de geschiedenis van afvalligheid en blasfemie

Algemene onderwerpen over godsdienst en mythologie.
Vergelijking verschillende godsdiensten, mythen, rituelen enz.

Berichtdoor els » za 19 apr , 2003 12:18

In de christelijke en islamitische religie zijn afvalligheid en godslastering strafbaar. In de bijbel valt bijvoorbeeld te lezen hoe op afvalligheid de straf van steniging staat, en ook de islam kent de doodstraf op het verlaten van de godsdienst.

Dit zijn straffe middelen om godsdiensten en hun belijders als groep sterk te maken. Het functioneert als een soort terreur van binnenuit.

Maar het christendom en de islam zijn natuurlijk niet zomaar uit het niets voortgekomen. Hun herkomst uit oudere godsdiensten is uit hun teksten en gebruiken te herleiden.

Over die basis in andere godsdiensten is heel veel terug te vinden. Ik probeer nu dus iets te weten over de herkomst van godslastering en afvalligheid, ook omdat het me boeit als mechanisme. Maar het is vrij lastig om er iets over te vinden.

Vandaar mijn vraag hier: ik ben op zoek naar voorbeelden in oudere godsdiensten waaruit blijkt dat godslastering en afvalligheid strafbaar werden gesteld. Legendes, wetsteksten etc. die hierover gaan zijn welkom.
Ook oude voorbeelden van godsdienstintolerantie kunnen hier bijhoren.

Ook ben ik geïnteresseerd in verhalen over (gedwongen) bekeringen met betrekking tot het jodendom, met name de tijd van voor het verschijnen van de tegenwoordig bekende godsdienstboeken, dus bijvoorbeeld de Romeinse tijd.

Ik wil een beetje een beeld krijgen over de kracht van deze mechanismes, en hoe dit tot op de dag van vandaag een plaats heeft kunnen krijgen in de godsdiensten.
els
Beheerder
 
Berichten: 3134
Geregistreerd: zo 14 jul , 2002 22:08
Woonplaats: Amsterdam

Berichtdoor els » za 19 apr , 2003 12:30

Als voorbeeld: Herodotus beschreef in zijn Onderzoek een paar verhalen over de godsdienstintolerantie van de Skythen.

Ik citeer er even een, over Anacharsis, uit de vertaling van Hein L. van Dolen.

Net als andere volkeren moeten de Skythen niets van vreemde zeden en gewoonten weten. De Griekse gebruiken staan hun nog het meest tegen. Dat bewijzen de lotgevallen van Anacharsis en in een later stadium die van Skyles.

Eerst de geschiedenis van Anacharsis. Deze had een groot deel van de wereld bereisd en onderweg vaak een blijk van zijn wijs inzicht gegeven. Uiteindelijk aanvaardde hij de terugtocht naar de Skythische gewesten. Op zijn route door de Hellespont deed hij Kyzikos aan. Toevallig werd daar door de inwoners met alle pracht en praal het feest voor de Moedergodin gevierd [Kybele]. Anacharsis deed toen de gelofte dat hij na behouden thuiskomst op dezelfde manier in zijn vaderland aan deze godin zou offeren als hij de mensen uit Kyzikos had zien doen, ja, ook hij zou haar met een nachtfeest eren. Toen hij eenmaal in Skythië was aangekomen, sloop hij zonder zich te melden naar het district van het Bosgebied, waar alle soorten bomen te kust en te keur groeien, vlak naast de Renbaan van Achilleus. Daar vierde hij ter ere van de godin het offerfeest van begin tot einde. Behangen met godenbeeldjes liep hij rond en schudde de tamboerijn. Dat bleef niet onopgemerkt want een van de Skythen zag hem zo bezig en briefde het aan zijn heer, Saulios, door. Die kwam meteen zelf poolshoogte nemen, betrapte Anacharsis op heterdaad en schoot hem dood. Als je nu in Skythië de naam Anacharsis laat vallen, doen ze daar net alfsof ze nog nooit van hem hebben gehoord. Dat komt doordat hij het land had verlaten voor een reis naar Girekenland en daar wildvreemde gewoonten had overgenomen.


Het verhaal over Skyles is eigenlijk nog fascinerender, maar het is een beetje lang. Misschien later een keer.

Niet dat ik nu precies weet hoe ik dit verhaal historisch gezien moet opvatten. Maar in elk geval was godsdienstintolerantie klaarblijkelijk geen onbekend fenomeen.
els
Beheerder
 
Berichten: 3134
Geregistreerd: zo 14 jul , 2002 22:08
Woonplaats: Amsterdam

Berichtdoor willy » ma 21 apr , 2003 15:43

Tolerantie van een religie

Wanneer Cyrus de Grote in 539 de ballingen naar huis laat terugkeren, is de godsdienst weggegroeid van de praktijk in Kanaän.
De achtergebleven Israëlieten belijden ondertussen andere godsdiensten of hebben het oude geloof bewaard.
Die laatste groep overleeft ook nu nog: het zijn de Samaritanen, die alleen de eerste vijf boeken van de Bijbel erkennen en als belangrijkste ritueel nog altijd een lam offeren op hun heilige berg bij Nabloes.
Na de terugkeer van de ballingen is de situatie in Palestina gespannen.
Drie partijen staan tegenover elkaar.
Er zijn de blijvers die Jahwe vereren, naast andere goden.
Zij vasten op de verjaardag van de verwoesting van de Tempel, zij onderhouden goede relaties met de rest van de bevolking in de omgeving van Jeruzalem.
In de Bijbel worden zij ‘am ha'arez’, volk van het land genoemd.
Daarnaast zijn er de ‘bene haggolah’, de ballingen.
Hierbinnen zijn er twee groepen: de aanhangers van Jahwe als enige, exclusieve god; en de voormalige priesterklasse die er geen been in zag dat er naast Jahwe nog andere goden worden aanbeden, als die eredienst maar via hen verloopt zoals eertijds in de tempel.
De eerste groep ballingen wordt geleid door Zerubbabel.
Hij wordt door de Perzen als nieuwe gouverneur van het land aangesteld en de priesterklasse beschouwt hem als een soort gezalfde (masiah).
De tweede groep stond onder leiding van Joshua.
Beide groepen sluiten een coalitie, waarbij de priesters zich ertoe verbinden zich niet alleen met de offerdienst bezig te houden maar ook de nieuwe reinheidsvoorschriften in acht te nemen.
Als de Tempel onder het bewind van Zerubbabel opnieuw wordt opgebouwd, komt het tot een conflict tussen de plaatselijke bevolking die zichzelf als Israëlitisch blijft beschouwen, en de ballingen die haar als verbasterd afwijst en haar daarom niet bij de tempelbouw wil betrekken.
Het conflict zal op religieus vlak worden beslist door de afsplitsing van de Samaritanen, die het oude geloof blijven belijden, en door het optreden van Ezra en Nehemiah, die een hervorming doorvoeren en de godsdienst vastleggen in zijn definitieve vorm die wij judaïsme noemen.
De Wet wordt norm om te bepalen wie jood is en de Levieten, een onderdeel van de vroegere priesterklasse, worden aangesteld om die Wet te laten respecteren.

Belangrijk in de nieuwe Wet is het verbod op trouwen met niet-joden.
Al wie getrouwd was met een niet-jood, werd verplicht te scheiden.

Die norm zal tot nu gelden en de specificiteit van het joodse volk uitmaken.
Rite en wet werden de norm die bepaalden of iemand joods was.
Zo verschuift het centrum van de Israëlitische godsdienst van het tempeloffer, geleid door een hogepriester, naar bijeenkomsten in synagogen en respect voor de Wet.
Respect voor de sabbat en de reinheidsvoorschriften komt daarbij centraal te staan.
Door de huwelijkswetten gaan de streng gelovigen zich apart van minder strikte joden opstellen, beide groepen groeien uit elkaar.
Vooral in Galilea blijft de bevolking syncretisch geloven, maar in Juda drukt Ezra in 445 de Wet door en wordt daarbij door stadhouder Nehemiah gesteund.

Alle vreemde vrouwen en de kinderen die uit gemengde huwelijken zijn voortgekomen, worden uit het land gejaagd.
Wie overblijft, moet zich onderwerpen aan de door Ezra hergeformuleerde wet van Mozes: verplichte besnijdenis, geen betrekkingen met niet-joden.
Op overtredingen staat de doodstraf.

Deze Jahwe-alléén-partij zal de definitieve versie van de Bijbel vastleggen.
:duivel:
willy
 
Berichten: 1092
Geregistreerd: di 06 aug , 2002 10:01
Woonplaats: Brasschaat

Berichtdoor willy » wo 30 apr , 2003 7:40

Onverdraagzaamheid !

On August 31st 1997 98 people were hacked to death by Islamic fundamentalists outside Algiers. Pregnant women were disembowelled, others escaping were shot or hacked and their bodies burned. Over 100 young girls were taken captive to be subjected to marriages of convenience until abandoned and frequently killed. Feminist Voices of the Flood Tide was dedicated the same day to washing away this blood of patriarchal violence, culminating the epoch which has made possible such religious thinking and with it the rape of the biosphere.

[url=http://www.dhushara.com/book/renewal/voices.htm#anchor17300]http://www.dhushara.com/book/renewal/
voices.htm#anchor17300[/url]

:duivel:



Edited By admin on 11 september 2004 at 12:39
willy
 
Berichten: 1092
Geregistreerd: di 06 aug , 2002 10:01
Woonplaats: Brasschaat

Berichtdoor willy » do 01 mei , 2003 13:21


:duivel:
willy
 
Berichten: 1092
Geregistreerd: di 06 aug , 2002 10:01
Woonplaats: Brasschaat

Berichtdoor els » za 11 sep , 2004 11:37



3 Socrates’ leven en sterven (zorg voor de ziel)
Volgens Plato liet de stad Athene zich van haar meest onrechtvaardige zijde zien door Socrates ter dood te veroordelen. Doof voor de morele boodschap van de filosofie. Aanklacht: jeugd bederven en staatsgoden niet vereren. ‘Zondebok’ in politieke crisis. In Apologie schreef Plato de verdedigingsrede van Socrates op (geen journalistiek, filosofie staat terecht en verdedigt zich in de persoon van Socrates).




Het voortdurend stellen van min of meer 'kritische' vragen werd Socrates niet in dank afgenomen. Integendeel.
In 399 voor Christus werd hij ter dood veroordeeld om twee redenen: het niet accepteren van de Atheense goden en vooral: vanwege zijn 'verderfelijke invloed' op jongeren die massaal op hem afkwamen en hem bewonderden.




De gifbeker

In 399 voor Chr. werd Socrates beschuldigd van het 'invoeren van nieuwe goden' en van 'het misleiden van de jeugd'. Met een krappe meerderheid (280 tegen 220) werd hij door een jury van vijfhonderd leden schuldig bevonden.


De filosofische kwesties waarover Socrates met de meeste burgers van mening verschilde, betroffen de kern van de stadstaat Athene. Volgens de Amerikaanse journalist Stone was Socrates een overtuigde antidemocraat, die geen gelegenheid onverlet liet om de (beperkte) democratische structuur van de stadstaat Athene te beschimpen. Dat deed geen pijn zolang die politieke structuur in tact is, maar toen deze in korte tijd verschillende malen omver werd geworpen, werd hij gezien als een ideoloog van de tegenpartij. De vele leerlingen van Socrates verschilden weliswaar heftig van mening over wat Socrates ze nu eigenlijk geleerd had, maar ze waren het wel over het volgende eens: allemaal verwierpen ze de polis (de Atheense stadstaat). Allemaal zagen ze de menselijke samenleving niet als een zichzelf besturend lichaam van burgers met gelijke rechten, maar als een kudde die een herder ofwel een koning nodig had.
Terechtstellen getuigt niet van kracht. De Atheense polis was dan ook ten tijde van het proces tegen Socrates verzwakt uit de strijd te voorschijn gekomen.
els
Beheerder
 
Berichten: 3134
Geregistreerd: zo 14 jul , 2002 22:08
Woonplaats: Amsterdam

Berichtdoor els » za 11 sep , 2004 11:53



In de CATHOLIC ENCYCLOPEDIA staat een artikel over de betekenis van blasfemie en de geschiedenis ervan in het Christendom. Nog een kleine opmerking over de Griekse Alcibiades:

De Atheners kenden blasfemie, en volgens Plutarchus werden Alcibiades' goederen geconfisceerd omdat hij de rituelen voor Ceres en Proserpina [Demeter en Kore] belachelijk had gemaakt (Plutarchus, Alcibiades). Ook bij de oude Romeinen was blasfemie strafbaar, hoewel hiervoor niet de doodstraf gold.




Edited By Els on 1098046104
els
Beheerder
 
Berichten: 3134
Geregistreerd: zo 14 jul , 2002 22:08
Woonplaats: Amsterdam

Berichtdoor els » za 11 sep , 2004 12:17



[...] de feitelijke bijeenkomst vond plaats voor de grote nederlaag van de Atheners in hun poging de wereldmacht te verkrijgen door in 415 v.c. Sicilië te veroveren, en voor de vernedering van Alcibiades. Alcibiades was verbannen vanwege het castreren van de Hermae (fallische wegwijzerpaaltjes) en het ontheiligen van de mysteriën van Demeter, die volgens het gebruik alleen door vrouwen werden bezocht, door er verkleed als vrouw aan deel te nemen.




De inwijdelingen waren daar gebonden aan een eed van geheimhouding. Blijkbaar legde de publieke opinie deze eed op op een opmerkelijke manier. Toen Aeschylus eens acteerde in een van zijn eigen tragedies vermoedde het publiek dat hij bepaalde geheimen van de Eleusinische mysteriën aan het verraden was. In razernij kwamen ze overeind en vielen de schrijver-acteur aan, die zijn leven redde door naar het altaar van Dionysos te vluchten, een uitwijkplaats die de Atheense meute respecteerde. Later werd Aeschylus echter voor het gerecht gedaagd voor de Areopagus, vanwege het onthullen van verboden geheimen, en hij werd vrijgesproken zowel vanwege zijn moed in Marathon als omdat hij een eed van onwetendheid aflegde.
Alcibiades werd op de avond van zijn vertrek naar de Siciliaanse expeditie beschuldigd van 'het goddeloze bespotten van de godinnen Demeter en Persefone', omdat hij 'op profane wijze tijdens de mysteries had opgetredens tijdens een dronken bijeenkomst.' Zelfs een praatzieke historicus als Herodotus voelde, zelfs al was hij 'grondig bekend met de geheime rituelen voor Demeter', dat hij zich moest houden 'aan een discrete stilte' wat het mysterie betrof. Het geheim van Eleusis werd al te goed bewaakt, en als gevolg weten we praktisch niets over de kern van het mysterie van Demeter.

Een van de genoemde incidenten maakte echter duidelijk dat de kern van het Eleusinische ritueel een religious drama betrof. De beschuldiging tegen Alcibiades verwees duidelijk naar acteurs tijdens een spotprocessie, die hij opvoerde tijdens een braspartij. "Theodorus vertegenwoordigde de heraut, Polytion de fakkeldrager, en Alcibiades de hoogste priester "[hiërophant], terwijl de rest van het gezelschap kandidaten waren voor de inwijding, en de titel van inwijdelingen ontvingen." Dit beschrijft de situatie in het telesterion in Eleusis tijdens de nacht van de inwijding; de priesters vervulden de rol van acteurs in een religieus drama of processie waarin de inwijdelingen als toeschouwers fungeerden.




Edited By Els on 1098048038
els
Beheerder
 
Berichten: 3134
Geregistreerd: zo 14 jul , 2002 22:08
Woonplaats: Amsterdam

Berichtdoor els » za 11 sep , 2004 12:35

Van pagina's die ik zo snel niet terug kan vinden:

Zowel de Grieken als de Romeinen straften iedere belediging van deze mysteriën met de meest volhardende wraakgierigheid. Alcibiades was beschuldigd van het beledigen van deze religieuze rituelen, en hoewel het bewijs voor de belediging zeer twijfelachtig was, leed hij jaren in ballingschap en ellende, en het moet worden toegegeven dat hij de populairste man was van zijn tijd."[103]


Van Thucydides en Plutarchus vernemen we dat Alcibiades (Parallelle Levens) in absentia berecht en ter dood veroordeeld was vanwege deze goddeloosheid; en we weten dat Aeschylus beschuldigd was van het onthullen van de geheimen van het mysterie, en alleen maar werd vrijgesproken omdat was vastgesteld dat hij niet in de godsdienst was ingewijd.

De invloed van de Eleusinia op het Katholieke Christendom was inderdaad groot; en hieraan zullen we op de juiste plaats meer aandacht besteden.


Het onthullen van de geheime rituelen van de mysteries was een serieus vergrijp. Er werd gezegd dat Aeschylus berecht werd voor het ontheiligen van de Mysteries via de dialoog of rekwisieten in zijn toneelstukken. Deze kwestie werd al in de oudheid betwist.
Aristoteles was er bijvoorbeeld niet zeker van of Aeschylus wist of hij verboden geheimen had geopenbaard. (Aristoteles, 1111a). Andere aanklachten tegen Alcibiades (Clinton, 15f) en Andocides (Macdowell) zijn goed gedocumenteerd. Dit is een indicatie van hoe serieus de Atheense polis de Eleusinische cultus opvatte en de invloed en integriteit ervan wilden beschermen.




Maar op de dag voor de expeditie zou vertrekken vond de mysterieuze verminking van de hermai plaats, en Alcibiades werd er niet alleen beschuldigd hiervan de bron te zijn, maar ook zou hij de Eleusinische Mysteriën hebben ontheiligd. Zijn verzoek voor een direct onderzoek werd geweigerd, hij werd verplicht te vertrekken terwijl de beschuldiging niet werd opgeheven.
Zo gauw hij Sicilië bereikte werd hij teruggeroepen voor de rechtzaak, maar hij ontsnapte tijdens de reis naar huis en ging naar Sparta. Hier vernam hij dat hij in afwezigheid ter dood was veroordeeld en zijn goederen in beslag waren genomen, waarop hij openlijk de zijde van de Spartanen koos, en hen overhaalde Gylippus te sturen om de Syracuse te steunen en Deceleain Attica te versterken.




Edited By Els on 1098049231
els
Beheerder
 
Berichten: 3134
Geregistreerd: zo 14 jul , 2002 22:08
Woonplaats: Amsterdam

Berichtdoor Zunrita » ma 15 nov , 2004 10:40

De wijsgeer Benedictus de Spinoza (Despinoza, d'Espinoza) is een der beroemdste joodse afvalligen. Hij werd in 1656 met het blazen van de ramshoorn (sjofar) ritueel in de ban gedaan (geëxcommuniceerd, zoals het in het christelijke kerkrecht heet) door de joodse gemeenschap in Amsterdam.

Als jonge man raakte hij al in conflict met joodse gemeenschap. Bekend uit latere geschriften zijn zijn godsopvatting en zijn kritiek op de joodse traditie. Maar dit hoeft niet de enige reden te zijn geweest. Wellicht speelden ook andere factoren mee: weigering zich te houden aan de regels van de joodse gemeenschap, onverschilligheid ten aanzien van de uiterlijke eredienst, maar mogelijk ook financiële kwesties. De joodse gemeenschap had andere zorgen dan te waken over de religieuze rechtzinnigheid: voor zover heterodoxe gezichtspunten werden bestreden gebeurde dat om de christelijke omgeving geen voorwendselen te verschaffen zich tegen de joodse gemeenschap te keren.

Hoe het ook zij, in 1656 kwam het tot een dramatische breuk: op 27 juli van dat jaar werd de grote ban over Spinoza uitgesproken. Die hield in dat elk contact met hem moest worden verbroken. Als hij dat had gewild, had Spinoza de ban kunnen voorkomen, of hij had, door berouw te tonen, nog terug kunnen keren in de joodse gemeenschap. Hij heeft daar zelf geen enkele behoefte aan gehad, ook al betekende dat het einde van zijn rol in de handelsfirma die hij samen met zijn broer Gabriel dreef. Er is een gerucht dat Spinoza na zijn verbanning een verweerschrift, een 'Apologie', zou hebben geschreven in het Spaans. Het bestaan daarvan is echter nooit aangetoond.

Na zijn verbanning heeft hij zijn joodse voornaam - Baruch (de gezegende)- niet meer gebruikt, maar uitsluitend de latijnse vorm ervan: Benedictus.

meer:
Zunrita
 
Berichten: 219
Geregistreerd: za 13 nov , 2004 22:42

Berichtdoor Zunrita » ma 15 nov , 2004 12:08

Verbanning uit het volk Israels en tucht in de synagoge

De synagogale tucht gaat terug op de thora (pentateuch, oude testament). Degenen die zich
tegenover de godheid of het heiligdom hadden misdragen - bijvoorbeeld door het eten van gezuurd
brood in de pascha-periode (Ex. 12:15,19), of het slachten van vee als brandoffer buiten de tent der samenkomst (Lev.17:4,9), of het in onreine staat betreden van het heiligdom (Num.19:20) - werden 'uit het volk uitgeroeid'. Dat wordt geïllustreerd in Joz.7:15, 24-26 waar de (grote) ban - cherem - aan Achan en zijn directe familieleden wordt voltrokken door verbranding van zijn bezittingen.

In later tijd komt een 'mildere' vorm voor. In Ezra 10:8 vinden we dat degenen die weigerden mee te werken aan Ezra’s campagne tegen de gemengde huwelijken, werden bedreigd met inbeslagname van bezittingen en uitstoting uit de gemeenschap van ballingen.

Het jongere jodendom kent ook een kleine ban - midduj - waarbij de getroffene dertig dagen buiten de (geloofs)gemeenschap wordt gesloten. De bedoeling was dat hij tot inkeer zou komen en weer in de gemeenschap kon worden opgenomen. Daarnaast kende men vanouds de grote ban - cherem - die een (min of meer) definitieve uitsluiting inhield - niet alleen uit de synagoge maar ook uit het volk van Israël.

Naast de ban, kende het bijbelse jodendom de tuchtiging. Paulus ontving in de synagoge na zijn bekering tot de christus (gezalfde), vijfmaal de ‘veertig min één’ slagen (2Cor.11:24; vlg. Deut.25:3) de maximale strafmaat voor lijfstraffen. Voor zijn bekering had hij zelf dikwijls geprobeerd door lijfstraffen de christelijke afvalligen tot terugkeer te dwingen (Hand.26:11). Jezus waarschuwt zijn volgelingen meerdere malen dat zij in de synagoge zullen worden gegeseld (Matt.10:17; 23:34), (Hand.5:40). Hij en zijn discipelen werden uit de synagoge geworpen (Luc.4:29, verwerping te Nazaret, en Joh.9:22,34, uitwerping van de genezen blindgeborene) en met steniging bedreigd of gestenigd. (Joh.8:59;10:31, pogingen om Jezus te stenigen in de tempel; Hand.7:58, steniging van Stefanus; Hand.14:19; 2Cor.11:25, steniging van Paulus te Lystra). Zij werden gestraft vanwege hun geloof in Jezus als de messias (verlosser) en hun getuigenis daarvan. Het joodse geloof kent wel een verlosser, maar zag/ziet Jezus van Nazareth niet als zodanig.

Bewerking van de tekst op:
Zunrita
 
Berichten: 219
Geregistreerd: za 13 nov , 2004 22:42

Berichtdoor Zunrita » ma 15 nov , 2004 12:17

Uit: Handleiding bij kerkelijke rechtspraak + 3.1.


CITAAT
[...]
2.6.1. Stille censuur
Luidt de uitspraak na gedegen onderzoek “schuldig”, dan treedt de kerkelijke discipline in (in de vorm van de excommunicatie minor, kleine ban, stille censuur).

Deze kerkelijke vermaningen gaan vooraf aan de afsnijding met de ban (de grote ban, excommunicatie major). Het verschil tussen de kerkelijke vermaningen en de kerkelijke afsnijding is onder meer dat de kerkelijke vermaningen voor onbepaalde tijd kunnen doorgaan. Ze zijn niet aan een bepaalde termijn gebonden.

Een lid dat door de kerkenraad onder stille censuur is geplaatst, mag niet deelnemen aan de sacramenten. Ook mag hij gedurende de stille censuur geen gebruik maken van zijn passief en actief kerkelijk stemrecht.
[...]
----------------

Afsnijding van de Gemeente van Christus
[...]
.10. De christelijke ban of de trappen van censuur (artikel 77)

3.10.1. Inhoud van de tuchtmaatregel
- De christelijke ban - ook wel grote ban of definitieve excommunicatie genoemd - is het ontnemen van het lidmaatschap van de gemeente als zodanig door middel van een drietal openbare afkondigingen - de zogenaamde trappen van censuur - die ten slotte worden gevolgd door de afsnijding zelf door middel van het voorlezen van het Formulier van de ban tijdens de openbare eredienst.

3.10.2. Voorwaarden voor het treffen van deze tuchtmaatregel
- Een kerkenraad kan alleen overgaan tot de toepassing van de christelijke ban of de afsnijding in trappen, indien de stille censuur is toegepast en de zondaar verscheidene malen ambtelijk vermaand is.
- Voorts moet duidelijk zijn dat de betrokkene de vermaningen van de kerkenraad op een hardnekkige wijze heeft verworpen en in de zonde volhardt.
[...]



Zoveel is wel duidelijk: religieuze instituties (evenals militaire) bedenken veel trucs om hun 'aanhangers' binnenboord te houden. Wat zou er gebeuren als alle sancties achterwege bleven en mensen echt vrij konden kiezen?
Zunrita
 
Berichten: 219
Geregistreerd: za 13 nov , 2004 22:42

Berichtdoor Balance » di 23 nov , 2004 11:32

Els, je vraagt naar inzichten die de mechanismes afvalligheid en godslastering kunnen verklaren. Een poging.

Je moet je ervan bewust zijn dat in zeer primitieve gemeenschappen (zo zijn stammen en andere samenlevingsverbanden begonnen) geen geschreven wetten of een duidelijke hierarchie zijn. Dat is gevaarlijk, want dat betekent het recht van de sterkste. Antropologen hebben berekend dat in zulke stammen in het Amazonegebied 30% meer moorden plaats vinden dan 'normaal' en dat bijna 50 % van de overlevenden ooit bij een moord betrokken is geweest. Mannen slaan aan het moorden. Doel: veroveren van zoveel mogelijk vrouwen en daardoor zoveel mogelijk nakomelingen krijgen. Onnodig te zeggen dat ook vrouwen en kinderen (immers 'zwak') hiervan het slachtoffer zijn. Waar nog bij komt dat zij er niet voor kiezen en de mannen vaak wel. Het idee is dat dit mechanisme (veel nakomelingen) nodig is om het voortbestaan van de stam zeker te stellen (?). Deze mannen worden voor dit gedrag uiteindelijk ook beloond: ze HEBBEN de meeste vrouwen en nakomelingen. Mannen die hieraan niet deelnemen krijgen geen vrouwen en geen nageslacht. (Over 'survival of the fittest gesproken')(Over de implicaties en gevolgen van dit mechanisme zou je een boek kunnen schrijven - nl. 'zachte mannen' sterven uit!).

Dit gedrag bedreigt echter ook de stam. Het dunt de leden die een stam tegen andere stammen moet verdedigen behoorlijk uit.

Een gemeenschap zoekt (krijgt, accepteert) daarom een bovengesteld geestelijk, wereldlijk, spiritueel of ander gezag dat 'DE ORDE moet bewaren'. Dit gezag (of het nu rechtvaardig is of niet) is essentieel in een gemeenschap. Het krijgt een 'heilige'status, dwz omheind, niet mag er aan komen. Juist omdat het een vitale taak heeft in de gemeenschap. In onze samenleving heeft godsdienst deze taak lang gehad, daarna is er een wereldlijke overheid gekomen. Bij de Islam is de geestelijke overheid nog steeds de baas. Dit gezag wordt met hand en tand beschermd. Wij kennen dit ook nog op andere manieren: de koningin heeft van oudsher zo'n functie en daarom is majesteitsschennis strafbaar. De rechterlijke macht heeft ook zo'n functie en daarom wordt je al zwaar beboet als je nog maar gemeen naar een rechter kijkt! (Over dubbele moraal gesproken - dan moet je eens bij de rechterlijke macht kijken).

God heeft voor gelovigen ook zo'n functie en daarom willen ze die extra beschermen. (Als Loesewies van der Laan lef heeft doet ze ook een voorstel Majesteitsschennis en Belediging van de Rechterlijke Macht uit het wetboek te laten schrappen; dat zou pas gelijke behandeling zijn - maar dat terzijde)

Terug naar de vraag over afvalligheid en godslastering: afvalligen zijn verraders die met hun vragen en gedrag een vitale functie in een gemeenschap ter discussie stellen en de leden van een gemeenschap voelen vaag of haarfijn aan dat hier iets heel wezenlijks ter discussie wordt gesteld - wat heel gevaarlijk is. Daarom zo'n heftige reactie: uitstoting of dood.

Voor godslastering geldt hetzelfde: wie hieraan komt, komt aan het sturende mechanisme van een gemeenschap (in dit geval een geloofsgemeenschap) - daarom hebben 'gelovigen' hier zoveel moeite mee.

Vergelijk het maar wat het voor Oranjeklanten zou betekenen als Majesteitsschennis geschrapt zou worden. De wereld zou te klein zijn.

Overigens speelt dit mechanisme m.i. niet alleen in gelovige gemeenschappen. De verzamelde dames en heren columnisten vormen ook zo'n gemeenschap. Zij dichten zichzelf (net als de gelovigen) een morele superieuriteit toe en menen dat ze de heersende moraal vertegenwoordigen en deze beschermen moeten. Als een Cliteur zichzelf een afvallige toont, wordt hij zo heftig bejegend dat hij uit lijfsbehoud zichzelf excommuniceert. Hij tart de in die kringen heersende moraal en zie wat er gebeurt.....een afvallige wordt als verrader weggezet en uitgesloten. Ook hij pleegde 'gods'lastering. Rondom Fortuyn zagen we hetzelfde mechanisme, wat dan 'demononiseren' genoemd wordt. Niet toevallig een mythologische term!

Verder hoor je vaak dat we van de verzuiling af zijn (gelukkig). Ik denk dat dat niet zo is. We hebben er andere zuilen voor teruggekregen. Een daarvan zijn de columnisten en veel cabaretiers. Die doen precies hetzelfde wat de oude zuilen deden: moraliseren. Echter waar de oude zuilen fatsoen en benepenheid predikten, zitten columnisten enz. nu weer vast in precies het tegenovergestelde te willen beschermen en promoten. Dit is zo simpel kinderachtig dat het bijna ongelooflijk is. Misschien wordt die club ook eens volwassen. Ze hebben niet door dat ze de hedendaagse variant zijn van de door henzelf zo belachelijk en verachtelijk gevonden religieuze profeten en priester/essen. Waarme de stelling 'Als je niet oppast wordt je wat je bestrijdt' maar weer eens opgeld doet.

In die zin vind ik van Gogh een tragische figuur: hij was eigenlijk een simpele godsdiensthater (of dat nu Christendom, Jodendom of Islam was) met veel te veel blinde navolgers, maar in zijn gedrag was hij het prototype van een profeet van oud bijbelse signatuur. Hij werd geofferd en werd vervolgens door anderen weer tot martelaar gepromoveerd. Maar over het centrale begrip 'offer' in de mythologie en godsdiensten (en tegenwoordige tijd) kun je een hele eigen site opzetten.
Balance
 
Berichten: 244
Geregistreerd: za 23 okt , 2004 11:11

Berichtdoor els » zo 12 feb , 2006 1:53

Tijdens de catechisatie van vandaag aandacht voor de ziener Bileam en zijn sprekende ezelin. :p

Centraal tijdens dit bijbelklasje: de vrijheidsrede van Zambrias (Zimri) tegen Mozes, die hem vraagt terug te keren naar de wet die Mozes zelf voorschreef.

Deze geschiedenis staat in de bijbel beschreven in Numeri 22 - 25. Bij Josephus Flavius staat het in boek vier, vers 100 - 156 (hoofdstuk zes).

Bileam/Balam was een ziener die bij de Eufraat in Mesopotamië woonde. De volken daar, de Midianieten en de Moabieten, zagen hoe Mozes en zijn volk oprukten uit Egypte, alles en iedereen plunderend en overwinnend die zij tegenkwamen. Bevangen door angst sloten zij een verbond tegen Israël.

Balak, de Moabitische koning, nodigde Balam uit om een vloek uit te spreken tegen Israël. Zijn vloeken kwamen namelijk altijd uit, dus een aanval tegen Midiaan en Moab zou er door mooi worden afgeslagen.

Maar Balam kon alleen de woorden uitspreken die god hem in de mond legde, en dat waren zegeningen over Israël en voorspellingen over grote rijkdom, en zegenrijke victorie. Midian en Moab waren hier niet blij mee, en probeerden Balam te paaien zijn profeties te herzien.

In de bijbel staat dat het Israelische volk na de succesprofeties begon te hoereren met de Moabitische vrouwen, en hun goden ging aanbidden. (Numeri 25:1)

Flavius Josephus vermeldt dat ze dit deden volgens een suggestie van Balam, die hij uitgebreid beschrijft.

Balam vroeg god wat hij nou moest doen, en deze antwoordde dat Balam de gezanten niet moest tegenspreken, maar naar Balak moest gaan. Onderweg werd het pad belemmerd door een grote engel, die door god was gestuurd. De ziener zag de engel niet, maar zijn ezel zag hem wel. Het beest week uit en weigerde verder te gaan. Ontstemd geselde Balam de ezel met zijn stok. Ten slotte zakte de ezelin van de pijn door haar poten, en zei klaaglijk tegen Balam dat deze wrede behandeling onrechtvaardig was, omdat er een grote engel in de weg stond.

Ontdaan doordat de ezel opeens bleek te kunnen spreken, zag Balam de engel nu ook. De engel zei dat de ezel geen schuld trof, maar dat hij door god was gezonden, die vertoornd was omdat Balam tegen de wil van god handelde. De engel kwam met een opdracht, die door Balam werd uitgevoerd.

Hier even verder met de versie van Josephus Flavius.

Er werden zeven altaren gebouwd, en hierop werden evenveel rammen en stieren gebrandofferd. Vervolgens sprak Balam een grootse zegen uit over het Israelische volk. Hier een klein stukje:

[boek IV, 116] Wanneer jullie zo talrijk zijn geworden, zal God niet ophouden jullie in vredestijd een overvloed van allerlei zegeningen te geven en in oorlogstijd de overwinning en de heerschappij. [117] Laten de kinderen van jullie vijanden maar branden van verlangen om de wapens op te nemen en met jullie de strijd aan te gaan. Want niemand van hen zal als overwinnaar terugkeren of in staat zijn de harten van zijn kinderen en vrouw te verblijden.


Balak was behoorlijk ontstemd, maar Balam legde uit dat hij alleen maar de woorden kon uitspreken die hem door god in de mond waren gelegd. Maar hij wilde nog wel eens iets proberen. Vervolgens viel hij met zijn gezicht op de grond, en schetste een beeld van de rampspoed die de koningen en meeste steden in de toekomst te wachten stond. Balak was woedend, maar Balam wilde toch iets goeds doen voor Moab.

Hij gaf het volgende advies. De Midianieten en Moabieten moesten de meisjes naar de Israelische jongens sturen en hun hartstochten losmaken. Als ze de jongens in hun liefde hadden verstrikt, moesten de meisjes terugkeren met als verklaring dat ze hun ouderlijke huizen en de tederheid en liefde van hun ouders en familieleden niet wilden missen.

Maar als de jongens echt van de meisjes hielden, vroegen de meisjes, moesten ze zich losmaken van hun gesloten gemeenschap, waarin de gewoontes volledig afweken van die van de rest van de wereld. Ze wilden alleen met de jongens trouwen als ze de goden en gewoontes van het land waar ze binnenvielen wilden overnemen. Er werd dus, aldus Josephus, aan de Israelieten gevraagd zich aan te passen aan de mensen waar ze mee zouden samenleven, of anders een andere wereld te zoeken, waarin ze alleen en in overeenstemming met hun (sterk afwijkende) wetten zouden kunnen leven.

Zoals de meisjes vroegen, gebeurde het, tot afgrijzen van hen die zich aan de regels van Mozes wilden houden.

Naar aanleiding van het 'hoereren' zegt de bijbel: 'Neem al de stamhoofden en hang hen op ter ere van de Heer in de volle zon; opdat de hitte van de toorn van de Heer zich van Israel afwendt. En Mozes zei tot Israels rechters: ieder van u doodt wie van zijn mannen zich aan Baal Peor hebben gekoppeld.' (Numeri 25:3-5)

Bij Josephus vindt de slachtpartij pas plaats pas na de rede van Zambrias (Zimri). Deze legt uit waarom de jongemannen liever de gewoontes van de Midianieten en Moabieten overnemen dan blijven bij de heerszuchtige, zwartgallige Israelieten. Zijn pleidooi volgt zo.

In de bijbel wordt als volgt gereageerd op de opdracht van Mozes:
'En zie, daar kwam een Israeliet het leger in en bracht een Midianitische tot zijn broeders, ten aanschouwen van Mozes en de hele gemeente der Israelieten, terwijl zij weenden aan de ingang van de tent der samenkomst.' (Numeri 25:6)

Het is voor mij niet moeilijk in te zien waarom de Israelieten weenden: omdat Mozes de rechters had bevolen al hun broeders en vrienden die 'hoereerden' met het andere volk te doden. Maar:

(Numeri 25:7) "Maar Pinehas, de zoon van Eleazar, de zoon van de priester Aaron stond toen hij dit zag op uit het midden der gemeente, nam een lans in de hand, ging de Israeliet in het slaapvertrek (qubbah) achterna en doorstak hen beiden in het onderlijf (qebah).'
Voor deze verraderlijke daad wordt Pinehas speciaal door god geloofd: '' Pinehas, de zoon van Eleazar, de zoon van Aaron, heeft mijn gramschap van de Israelieten afgewend, doordat hij onder hen geijverd heeft zoals ik ijver.'
Pinehas heeft door de moord het joodse volk met god verzoend, waarvoor hij het eeuwige priesterschap ontving. Vervolgens werden ook anderen vermoord.

Na deze eremoord wordt er opeens een plaag geïntroduceerd die als dank voor het moorden van afvalligen werd beëindigd, maar centraal staat dat het 'hoereren' met andere volken wordt gestraft.

In de bijbel blijkt al hoe intolerant de joden zich volgens hun wet dienen op te stellen jegens mensen die zich vermengen met anderen volken. Josephus maakt door de argumentatie van Mozes en de rede van Zambrias als reactie hierop helemaal duidelijk wat de tegenstelling inhoudt.

[Boek IV; 10:141] Onder hen [de Israelieten die 'hoereerden' met de Midianieten en Moabieten] was ook Zambrias (in de bijbel Zimri), de hoofdman van de stam Simeon. Hij leefde samen met Chosbia (in de bijbel Kozbi), een Midianitische, de dochter van Sur, die destijds vorst over dat volk was. Op verzoek van deze vouw liet hij de instituties van Mozes voor wat ze waren en wijdde hij zich aan de cultus die haar naar de zin zou zijn.
[142] Zo was de situatie toen Mozes, bevreesd dat er iets ergers zou gebeuren, het volk in vergadering bijeenriep. Hij beschuldigde niemand met name, om hen die in het geheim waren afgevallen maar nog tot berouw konden worden gebracht niet tot wanhoop te drijven.

[142] Hij zei alleen dat ze zich gedroegen op een manier die henzelf en hun voorvaderen onwaardig was, als ze geneugten stelden boven god en een godvrezend leven. Het paste hun, nu het nog goed met hen ging, hun leven te beteren. Ze moesten niet denken dat dapperheid bestond uit het schenden van de wetten, maar in het beheersen van de begeerten.
[144] Hij voegde er nog aan toe dat het niet redelijk was dat zij die in de woestijn eenvoudig hadden geleefd, zich nu in welstand liederlijk gedroegen en door verkwisting verloren wat ze door onthouding hadden verworven. Met deze woorden probeerde Mozes de jongeren weer op het rechte pad te brengen en hen hun daden te laten overdenken.

[11:145] Na zijn toespraak stond Zambrias op. "Leef jij zelf maar,' zo zei hij, 'volgens deze wetten waarvoor je zelf zo geijverd hebt en die je alleen maar onder het volk hebt kunnen invoeren dankzij de goedmoedigheid van deze mensen. Als dat namelijk niet zo zou zijn, zou je al dikwijls tot je eigen schade hebben onvervonden dat de Hebreeërs niet zo gemakkelijk om de tuin te leiden zijn.

[146] In mij zul je geen trouwe opvolger van je tirannieke bevelen vinden. Tot nu toe heb je met je kwalijke praktijken namelijk niet anders gedaan dan onder het voorwendsel van wetten en van God slavernij brengen over ons, en de heerschappij aan jezelf gegeven. Je hebt ons de aangename dingen van het leven afgenomen en ons beroofd van een levenswijze die past bij vrije mensen die geen meester hebben.

[147] Op deze manier zou je voor de Hebreeërs nog lastiger kunnen zijn dan de Egyptenaren, omdat je wat ieder uit vrije wil wil doen onder de wetten wilt plaatsen en daarnaar wilt straffen. Maar veeleer verdien jij zelf straf, omdat je afwijst wat alle andere mensen unaniem als goed beschouwen en tegen de mening van allen in hardnekkig vasthoudt aan je eigen vreemde opvattingen.

[148] Ik zou mijn huidige positie niet waard zijn, als ik eerst zou oordelen dat wat ik doe goed is en vervolgens schroomde dat openlijk in de vergadering toe te geven. Ik heb, zoals jij zegt, een vreemde vrouw gehuwd. Inderdaad, uit mijn eigen mond zul je horen wat ik heb gedaan. Zo past het een vrij man. Ik heb absoluut niet de bedoeling dat te verbergen.

[149] Ja, ik offer aan goden aan wie ik geacht word te offeren, omdat ik het juist acht voor mijzelf de waarheid te zoeken bij velen in plaats van te leven als onder een tirannie en alle hoop voor mijn hele leven op één man te baseren. En niemand zal zich erop kunnen beroemen dat hij meer zeggenschap over mijn daden heeft dan mijn eigen vrije wil'.


Deze inspirerende, bevlogen woorden van Zambrias leidden ertoe dat Mozes aarzelde de wet ten uitvoer te brengen. Vele Israelieten hadden zich ten slotte al vermengd met andere volken. De vergadering werd dus ontbonden. En misschien zou Zambrias op dit moment een halt hebben kunnen toeroepen aan de heerszuchtige haatcultus die tot de dag van vandaag mensen onder de duim houdt en ze niet toestaat samen met anderen volken te leven en hun gewoontes over te nemen.

Maar toen stond Phineës op.

152]Omdat Zambrias' onbeschaamdheid te grote vormen zou hebben aangenomen doordat ze onbestraft bleef, besloot hij het recht in eigen hand te nemen en te voorkomen dat de wetteloosheid nog verder om zich heen zou grijpen wanneer de aanstichters ongestraft bleven.
[153] Phineas beschikte over zo'n stoutmoedigheid en lichaamskracht dat als hij zich in een gevaarlijk avontuur stortte, hij niet eerder opgaf voordat hij de strijd had beslecht en als overwinnaar te voorschijn was gekomen. Hij ging naar Zambrias' ten, doorstak hem en Chosbia met een groot zwaard en doodde hen.
[154] Alle jongeren die zich door dapperheid en roem wilden onderscheiden, volgden het voorbeeld van Phineës en doodden degenen die aan hetzelfde vergrijp als Zambrias schuldig waren.


En zo zie je maar weer hoe voordelig het voor je idealen is om je critici van het leven te beroven.

De moordenaars van de verdedigers van de vrijheid werden de helden die de geschiedenis schreven.
Zo konden zij de vrijheid bekladden als een zonde, onderwerping roemen als het beheersen van je begeerten en hun zwartgallige levensvisie verder over de wereld verspreiden.

Gelukkig heeft Josephus de woorden van Zimri onsterfelijk gemaakt! :proost:
els
Beheerder
 
Berichten: 3134
Geregistreerd: zo 14 jul , 2002 22:08
Woonplaats: Amsterdam


Keer terug naar godsdienst en mythen algemeen



Wie is er online

Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers. en 2 gasten