
D o o r t o c h t e n o f d o o r g a n g e n
Vertaald zich in het hebreeuws met Pessah, wat met de Pasen, van de joodse en christelijke erediensten, en met Utsa van de Egyptische taal overeenstemt.
De doortochten in de inwijdingsleren verdelen zich in vier categorieën:
- de doortochten van de Maan in zijn oppositie - Volle maan.
- de doortochten van de Maan in zijn tweede kwadratuur - Laatste kwartier.
- de doortochten van de Zon van een teken in de dierenriem naar het volgende.
- de doortochten van de Zon op de nachteveningen van maart en september.
- de doortochten van de Zon tijdens de zonnestilstanden van juni en december.
Deze doortochten dienen als tijdsgebonden symbolen van het huidige tijdperk.
In het Egyptische taalgebruik komen ze vaak voor als “Uitgaan” en “Ingaan”, hetzij dus Uitgaan uit een tijdperk en Ingaan in het volgende.
Dezelfde uitdrukking vindt men meermaals terug in het Oude Testament; voornamelijk in de laatste verzen van Psalm 121. (Nederlandse Statenvertaling)
1 Een lied Hammaaloth. Ik hef mijn ogen op naar de bergen, van waar mijn hulp komen zal.
2 Mijn hulp is van den HEERE, Die hemel en aarde gemaakt heeft.
3 Hij zal uw voet niet laten wankelen; uw Bewaarder zal niet sluimeren.
4 Ziet, de Bewaarder Israels zal niet sluimeren, noch slapen.
5 De HEERE is uw Bewaarder, de HEERE is uw Schaduw, aan uw rechterhand.
6 De zon zal u des daags niet steken, noch de maan des nachts.
7 De HEERE zal u bewaren van alle kwaad; uw ziel zal Hij bewaren.
8 De HEERE zal uw Uitgang en uw Ingang bewaren, van nu aan tot in der eeuwigheid.
Vertaald zich in het hebreeuws met Pessah, wat met de Pasen, van de joodse en christelijke erediensten, en met Utsa van de Egyptische taal overeenstemt.
De doortochten in de inwijdingsleren verdelen zich in vier categorieën:
- de doortochten van de Maan in zijn oppositie - Volle maan.
- de doortochten van de Maan in zijn tweede kwadratuur - Laatste kwartier.
- de doortochten van de Zon van een teken in de dierenriem naar het volgende.
- de doortochten van de Zon op de nachteveningen van maart en september.
- de doortochten van de Zon tijdens de zonnestilstanden van juni en december.
Deze doortochten dienen als tijdsgebonden symbolen van het huidige tijdperk.
In het Egyptische taalgebruik komen ze vaak voor als “Uitgaan” en “Ingaan”, hetzij dus Uitgaan uit een tijdperk en Ingaan in het volgende.
Dezelfde uitdrukking vindt men meermaals terug in het Oude Testament; voornamelijk in de laatste verzen van Psalm 121. (Nederlandse Statenvertaling)
1 Een lied Hammaaloth. Ik hef mijn ogen op naar de bergen, van waar mijn hulp komen zal.
2 Mijn hulp is van den HEERE, Die hemel en aarde gemaakt heeft.
3 Hij zal uw voet niet laten wankelen; uw Bewaarder zal niet sluimeren.
4 Ziet, de Bewaarder Israels zal niet sluimeren, noch slapen.
5 De HEERE is uw Bewaarder, de HEERE is uw Schaduw, aan uw rechterhand.
6 De zon zal u des daags niet steken, noch de maan des nachts.
7 De HEERE zal u bewaren van alle kwaad; uw ziel zal Hij bewaren.
8 De HEERE zal uw Uitgang en uw Ingang bewaren, van nu aan tot in der eeuwigheid.