Mijn bedoeling is dit onderwerp in een bredere context te zetten om zo enerzijds niet moslims te doen inzien dat moslima soms sluiers dragen voor andere redenen dan de symboolfunctie die er aan gegeven wordt 'onderdrukking van de vrouw'. Anderzijds ook om moslima te overtuigen dat dit vaak wél 'een onderdrukking' van hun vrouw-zijn is, en hun argumenten te geven om de sluier af te leggen.
Ik vind het daarom gevaarlijk de discussies die aan de gang zijn over het al of niet dragen van een sluier in scholen of bij het uitoefenen van een openbaar ambt, te herleiden tot 'vrouwenonderdrukking', 'scheiding van kerk en staat', etc. Dit thema is veel complexer dan dit alleen en wordt daarom gebruikt en misbruikt door verschillende groeperingen in onze maatschappij.
Toen ik nog een kind was, liepen vele vrouwen in mijn omgeving rond met een sjaaltje. Als ik die oude foto's weer eens bovenhaal valt het mij op dat het dragen van zo'n sjaaltje toen door iedereen aanvaard werd. Als er nu iemand de straat passeert met zo'n sjaaltje zie je toch sommige mensen reageren alsof de terreur in hun voortuin is gearriveerd.
Hopend op een boeiende discussie start ik met even in de geschiedenis te stappen, en meer bepaald de geschiedenis van de islam. Uit 'Vrouwen in de Islam' door Monika Tworuschka:
Het volgende vers uit de koran raadt goede moslimvrouwen nadrukkelijk aan, zich buitenshuis zedig te kleren: "Zeg ook tegen de gelovige vrouwen dat zij hun ogen moeten neerslaan en zich moeten hoeden voor het onkuise en dat zij niet hun naakte lichaam, behalve alleen datgene wat absoluut zichtbaar moet zijn, moeten ontbloten en dat zij hun boezem met de sluier moeten bedekken..." (24:31). Er wordt niet gesproken over een sluier voor het gezicht. De sluier is geen islamitische uitvinding. Hij werd in Klein-Azië vooral in de steden veel gedragen. In de tijd van Mohammed waren er verschillende kledingsstukken die weliswaar vaak met sluier worden vertaald, maar geen sluier voor het gezicht bedoelen.
1. Qina, een sluier voor het hoofd bij de bedoeïenen, die voornamelijk werd gedragen om te koketteren.
2. Khimar, een sjaal die kin en borst bedekt.
3. Djilbab, een soort hemd, mantel of overjas, waarover in het geciteerde vers wordt gesproken. In de vroege islam gaf het dragen van deze kledingsstukken de hogere sociale status van de vrouw aan. Daaruit moest blijken dat zij een fatsoenlijke vrouw was, omdat de zeden in de oasesteden nogal los waren.
Het dragen van een sluier voor het gezicht (niqab), de inrichting van harems, alsmede de verbanning van de vrouw uit het openbare leven werden pas gebruikelijk toen na de overname van het kalifaat door de Abbasieden Perzische en Byzantijnse gewoonten de levensstijl steeds meer gingen kenmerken. Wat in eerste instantie slechts een teken van fijne beschaving was, werd door islamitische rechtsgeleerden later aangegrepen om de plicht om een sluier te dragen te legitimeren, maar die dwang is in deze vorm in strijd met de koran.
Groeten