Het doet mij een bijzonder genoegen dit forum te mogen bezoeken. De verscheidenheid aan onderwerpen op dit forum spreekt mij erg aan.
Ik wil graag een uitwisseling van meningen op gang brengen betreffende verschillende aanhalingen uit de Geschriften.
Daar ik niet graag alle reeds behandelde onderwerpen wil doorlezen omdat ik actief wil deelnemen aan de gesprekken wil ik mij excuseren voor mogelijkerwijs herhaling van reeds behandelde onderwerpen.
Ik heb een hoofdstuk uit de Bloemlezing van de Geschriften van Bahá'u'lláh gekozen, daar ik vermoed na een vluchtige blik op dit forum geworpen te hebben er nog niet veel over is gezegd.
Het is hoofdstuk LXXXVII
87.1
En nu wat betreft uw vraag: "Hoe komt het dat er geen vermeldingen zijn aangaande de Profeten die Adam, de Vader der Mensheid, zijn voorgegaan, of over de koningen die ten tijde van die Profeten hebben geleefd?" Weet dat de afwezigheid van enige verwijzing naar hen nog geen bewijs is dat zij niet werkelijk hebben bestaan. Dat er geen annalen beschikbaar zijn over hen moet zowel worden toegeschreven aan het feit dat zij in het verre verleden hebben geleefd als aan de enorme veranderingen die de aarde sindsdien heeft ondergaan.
87.2
Bovendien kenden de generaties voor Adam geen geschreven taal, zoals nu gebruikelijk is onder de mensen. Er was zelfs een tijd dat de mensen volkomen onbekend waren met de schrijfkunst, en een systeem toepasten dat volkomen verschillend was van wat zij nu gebruiken. Voor een juiste uiteenzetting hiervan zou een uitgebreide uitleg nodig zijn.
87.3
Overdenk de verschillen die zich sedert de dagen van Adam hebben voorgedaan. De vele wijd en zijd bekende talen die de mensen op aarde nu spreken, waren oorspronkelijk onbekend, evenals de verscheidenheid van gedragsregels en gebruiken die nu onder hen heersen. De mensen uit die tijd spraken een taal die anders was dan de talen die nu bekend zijn. Een verscheidenheid aan talen ontstond in een later tijdperk in een land, bekend onder de naam Babel. Het kreeg deze naam omdat het woord betekent: "de plaats waar de spraakverwarring is ontstaan".
87.4
Daarna kwam het Syrisch op de voorgrond tussen de bestaande talen. De heilige Geschriften van vroeger tijden werden in die taal geopenbaard. Later verscheen Abraham, de Vriend van God en stortte het licht van goddelijke openbaring uit over de wereld. De taal die Hij sprak bij het oversteken van de Jordaan, werd bekend als het Hebreeuws ('Ibrání), wat betekent: "de taal van de overtocht". De Boeken Gods en de heilige Geschriften werden toen in die taal geopenbaard en eerst na een aanzienlijk tijdsverloop werd Arabisch de taal van de Openbaring....
87.5
Zie dus hoe talrijk en verreikend de veranderingen in taal, spraak en schrift waren sedert de dagen van Adam. Hoeveel te groter moeten de veranderingen vóór Hem zijn geweest!
87.6
Ons doel met het openbaren van deze woorden is om aan te tonen dat de ene ware God, in Zijn allerhoogste en alles te boven gaande staat, immer verheven was boven de lof en het bevattingsvermogen van allen buiten Hem, en dit eeuwigdurend zal blijven. Zijn schepping heeft altijd bestaan, en de Manifestaties van Gods heerlijkheid en de Dageraden van eeuwige heiligheid zijn sinds onheuglijke tijden neergezonden, en gemachtigd de mensheid op te roepen tot de ene, ware God. Dat de namen van sommige hunner zijn vergeten en de vermeldingen over hun leven verloren zijn gegaan, moet worden toegeschreven aan de beroeringen en veranderingen die de wereld heeft ondergaan.
87.7
In bepaalde boeken wordt melding gemaakt van een zondvloed die er de oorzaak van was dat al het bestaande op aarde, zowel historische documenten als andere dingen, werden vernietigd. Bovendien hebben vele grote rampen plaatsgevonden die de sporen van veel gebeurtenissen hebben uitgewist. Daarenboven blijken er verschillen te bestaan tussen de huidige geschiedkundige verslagen, en de verschillende volkeren van de wereld hebben ieder hun eigen berekening van de ouderdom der aarde en van haar geschiedenis. Sommigen voeren hun geschiedenis tot acht duizend jaar terug, anderen tot twaalf duizend jaar. Voor een ieder die het boek van Juk heeft gelezen is het zonneklaar hoe zeer de verhalen die de verschillende boeken geven, uiteenlopen.
87.8
God geve dat gij uw ogen zult richten op de Grootste Openbaring en deze tegenstrijdige verhalen en tradities volkomen zult negeren.