BESCHRIJVINGEN

Nieuwe database onder constructie: kijk hier. Deze pagina's worden ingevoerd in een nieuwe database. Zolang dat niet af is, blijven ze hier nog staan, maar ze worden niet meer bijgewerkt.


Xatel-Ekwa. Zonnegodin uit Hongarije. Zij reed op haar drie paarden langs de hemel. Xatel-Ekwa is verwant aan de Baltische zonnegodin Saule.


Xihe. Chinese zonnegodin. Haar echtgenoot was Dijun, de god van het oosten, het gebied waar de zon iedere ochtend opkomt. Zij hadden drie kinderen, alle drie zonnen. Deze woonden in een grote moerbeiboom, Fusang geheten, die ver voorbij de oostelijke oceaan in zee groeide. Zij reden elke dag door de hemel in een wagen die door hun moeder werd gereden. Op een dag deed het drietal het volgens hun eigen ideeën, en ze verlieten hun normale schema. De gevolgen voor de aarde waren verschrikkelijk. Er ontstond een grote droogte, de gewassen verdorden en overal leden de mensen honger en dorst. De wilde dieren, gedreven door honger, begonnen hun slachtoffers onder de mensen te zoeken. De goddelijke schutter Yi schoot een aantal zonnen uit de lucht en werd vereerd als held, maar werd door Dijun oneerlijk behandeld vanwege het neerschieten van zijn kinderen, en hij werd met zijn vrouw Chang E als sterveling naar de aarde gestuurd.


Xochiquetzal. Xochiquetzal was een Azteekse godin, vereerd in Mexico. Ze was de dochter van Coatlicue. Klik voor een grote afbeelding. Xochiquetzal in de Codex Borbonicus, een Azteekse kalender uit het begin van de 16e eeuw. De woorden van haar vreugdegezang komen in de vorm van bloemen uit haar mond. Haar naam betekent 'Bloem van veren'. Ze was de godin van de seksualiteit en heerseres van de onderwereld. Ze was de godin van bloemen en fruit, en waakster over schoonheid, liefde, geluk, jeugd. Godin van de ambachtslieden en van de maan. Ook was ze de beschermster van de weefkunst en borduurkunst, de zilversmeden, de beeldhouwers, schilders en dichters. Verder heerste ze over degenen die de lyriek en gezangen in dienst stellen van het beoefenen van magie. In de Codex Borbonicus, een Azteekse kalender uit de zestiende eeuw, werd ze afgebeeld terwijl de tekst van haar gezang in de vorm van bloemen uit haar mond stroomde. Ze werd de moeder genoemd van alle menselijke rassen van na de grote vloed.
Ze werd ook Vrouwe van de nacht genoemd. Ze werd ook vereerd als Izpapalotl, 'Vlinder van Obsidiaan'. Als echtgenoot werden genoemd: Mixcoatl (Maanslang), Tlaloc en Texcatlipoca ('Rokende spiegel'). Haar zoons waren Quetzalcoatl (gevederde slang) en Tonatiuh (zonnegod). Attributen: bloemen; duif; spin; doorn. Vaak werd ze vertoond in gezelschap van een hert.
Xochiquetzal werd meestal afgebeeld in blauwe kleding, waardoorheen bloemen zijn geweven. Ze droeg een slinger van groene veren en rode en gele bloemen, en gouden oorringen en hangers. Onder haar troon lagen goudsbloemen en een schedel, die verwezen naar de onderwereld. Nu nog steeds wordt jaarlijks haar heiligdom versierd met goudsbloemen, op de dag der doden (Dias de los Muertos, ofwel Allerzielen, gevierd op 2 november).
Xochiquetzal woonde in de negende hemel, Tamoanchan, het mythische paradijs. Dit was een plaats van vreugde, waar fonteinen, beekjes en bloementuinen te vinden waren. Naar deze plaats gingen zij die volgens de wetten van de godin hadden geleefd. Ook wordt haar woonplaats een berg genoemd. Hier woonden dwergen, muzikanten en danseressen.
Ze was de godin van de liefde en seksueel verlangen, vegetatie, bloemen en vruchtbaarheid. Ze is de vrouwelijke tegenhanger van Tlaloc, de god van de wateren, die als haar echtgenoot werd genoemd. Als regen daalde ze af naar de diepte van de aarde, naar het land van de doden en de vergankelijkheid. Deze onderaardse wereld werd geregeerd door Tezcatlipoca, die haar overweldigde, vervolgens vrijliet en haar weer in haar hemelse onderkomen plaatste. Tezcatlipoca eiste haar op omdat hij zichzelf gelijk stelde aan de ochtendzon, met zijn roze gloed. Hij komt in vele opzichten overeen met Huitzilipochtli.
Xocihquetzal was een jaarlijks stervende en herrijzende godin; ze heerste over de vruchtbaarheid van de aarde door het water, en staat in verband met de steeds herhaalde levenscyclus die ook te zien is in de agrarische rituelen. Ook regelde ze de seksualiteit van mensen. Uit haar vagina kwam een rode slang, als teken van de ongetemde hartstocht. Ze wordt ook wel geassocieerd met transseksualteit.
Haar verbondenheid met de jaarlijkse cycli blijkt ook uit haar liefdesrelatie met haar zoon, de maisgod Xochipilli of Cinteotl. Deze jaargod staat centraal in het jaarlijkse vruchtbaarheidsritueel tijdens de dag- en nachtevening van de lente.
Tijdens feesten voor Xochiquetzal danste de jeugd verkleed als vlinders of kolibri's rond haar beeltenis.
Xochiquetzal en de god Xoxcox waren de enigen die een enorme vloed op aarde overleefden, waarin alle mensen verdronken. Hierna werd Xochiquetzal de moeder van alle mensenrassen na de zondvloe. Ze hadden vele kinderen, die echter stom of zielloos waren als dieren, tot Xochiquetzal naar de aarde afdaalde in de gedaante van een duif en ze toesprak vanaf de Hemelboom. Hierdoor ontstonden alle talen op aarde. Deze motieven zijn over de hele wereld bekend. Hier kennen we ze uit de bijbel.
Ook de bloemen die uit haar mond kwamen waren een symbool van welsprekendheid. Het mes dat uit haar mond komt, snijdt roddelpraatjes en leugens af.
Ze sliep met haar zoon Quetzalcoatl nadat zij door demonen dronken waren gevoerd. Tijdens de heerschappij van Quetzalcoatl zorgde Xochiquetzal voor vruchtbaarheid op aarde, maar toen hij in de 10e eeuw vertrok, verloor ze hiervoor haar belangstelling. Xochiquetzal komt in meerdere ozpichten overeen met Naamah, de Semitische echtgenote van Noach, die overigens in de bijbel niet bij naam wordt genoemd. Behalve de overeenkomsten met het zondvloedverhaal wordt Naama net als Xochiquetzal geassocieerd met erotisch plezier en gezang. Ook Naama, Noach en hun kinderen staan in verband met een wijncultus, met rituelen waarbij de deelnemers in een roes raken. De geschiedenis van de Griekse Pyrrha en Deucalion zijn een variant van dezelfde mythologische gegevens. De Griekse godin die zich terugtrok van de aarde was Themis of Chrysothemis (ook Astraea of Dice), die eveneens werd geassocieerd met de grote vloed.


Yakshi. Hindoeïstische nimfen van de natuur en van de bomen. Zij hebben brede heupen, een slanke taille en grote borsten, en houden van zingen en dansen. Ze zijn schaars gekleed en bewegen zich zinnelijk en verleidelijk. Als een Yakshi een boom schopt, begint hij te bloeien. Ze kunnen echter ook bedreigend zijn. Ze ontvoeren bijvoorbeeld graag kinderen.


Yaldabaoth. 'Meisje'. Slang; ze wordt wel vereenzelvigd met de slang van Eva.


Yami. Hindoeïstische voorouder van het menselijke ras, samen met haar tweelingbroer Yama. Zij waren kinderen van Saranyu, de vrouw van de zon. Yama, de 'Heer der doden', was de eerste van alle levende wezens die stierf. Hij reed op een buffel en droeg een knots of scepter. Ook werd hij wel naakt afgebeeld, getooid met de kop van een stier, met schedels en een erectie. De stier heeft vaak seks met een vrouw, maar het is niet zeker of het hier om Yama gaat. Yama wordt ook geassocieerd met Camunda. Ze wordt geïdentificeerd aan de hand van haar attributen. Yami wordt vaak afgebeeld met een kan gemaakt van een schedel, gevuld met bloed. Camunda of Tsamundi heeft naast deze kan ook nog een drietand in de andere hand. Bovendien draagt ze vaak een ossehuid.
Yami en Yama heersten over een geheim heiligdom in de hemel, waar alle doden elkaar weervonden en gelukkig waren.
Yami is ook een hindoeïstische moedergodin, dochter van de god Vivasvan. In het Shaktisme werd ze beschouwd als een van de Zeven Moeders; dit is een naam voor de Pleiaden. De boeddhisten in Tibet beschouwen haar als dodengodin die de zielen van de vrouwelijke overledenen ontvangt in haar holenrijk Naraka.


Yang-Chen. Chinese naam voor de hindoegodin Sarasvati.


Yemanya. Ook Yemaya ( 'Vismoeder'). Zuid-Amerikaanse zee- en watergodin. In Afrika heet ze ook Mama Wata. Beschermgodin van de zeelieden. Ze wordt wel afgebeeld als vrouw met de staart van een vis. Haar naam komt van yeye (moeder) en eja (vis). Yemanja wordt wel vertaald als 'Leven ontstaan uit het water'. Op de plaats waar de zondvloed plaats had gevonden werd voor Yemanya de heilige stad Ife gericht. Met haar wordt het sterrenbeeld Kreeft geassocieerd.
Zij was de 'Moeder van alles'. Ze wordt als voedoe-godin vereerd in onder andere Brazilië, in de macumba-godsdienst. Voor haar worden rituelen gehouden op Nieuwjaarsavond. Dan worden duizenden offers aan de zee gebracht, op het strand van Copacabana. Haar cultus komt van oorsprong uit het Afrikaanse Nigeria, waar ze Yemonja heette. Van daaruit verspreidde ze zich naar Midden- en Zuid-Amerika. Haar naam wordt ook wel geschreven als Iamanje. Yemanja was een moedergodin, die alle goden baarde die van belang waren voor de beschaving. Ze had overeenkomsten met de mysteriegodin Nana, een grootmoedergodin die het mysterie van het leven mogelijk maakte. Nana's sluier was ondoorzichtig, omdat niemand haar mysterie kon doorgronden. De sluier van Yemanya was halfdoorzichtig, omdat in haar aspect als moedergodin de geheimen van het leven zich openbaren. Yemanya en Nana zijn beide godinnen zonder echtgenoot.
Yemanja was een van de goden van de Afrikaanse Yoruba's, afkomstig uit West-Soedan en Zuid-Nigeria. Ze werd hier vooral vereerd als riviergodin, en ze schonk de vrouwen vruchtbaarheid. Ze had enorme borsten, omdat ze de moeder van alle goden was. In de tijd van de slavernij, al sinds de zestiende eeuw, kwamen de Afrikaanse goden in Brazilië terecht. De christelijke goden en heiligen werden opgenomen in het pantheon van de Yoruba's en Yemanya werd geïdentificeerd met Maria. Ze werd hier Imanje of Yemanja genoemd, en was de godin van de oceaan en de maansikkel.
In Cuba werd ze Yemaya Achabba genoemd, een strenge godin, of Yemayah Oggutte, een gewelddadige godin, of Yemayah Ataramagwa, de weldadige koningin van de zee. Tenslotte was ze Yemayah Olokun, die heerste over de droom.

Yemanja was de dochter van de aardgodin Odudua en Obatala, de eerste vrouwelijke en mannelijke orisha, gemaakt van klei door de god Olorun. Orisha's waren goden tot wie de mensen zich rechtstreeks konden richten als zij iets van hun god wilden. Ze waren te zien als natuurkrachten, en hadden de functie van bemiddelaar of van een soort beschermengel. Iedereen had zijn persoonlijke orisha, en elke orisha had een eigen voorkeur wat de offers betrof, die men hen aanbood in ruil voor een bepaalde gunst. Yemanya was de orisha van de zeeën en oceanen, de vissen en het moederschap. Zij was het voedende, vrouwelijke en levenschenkende principe. Ze werd opgeroepen voor alles wat met het vrouwelijke te maken had.
Aan Yemanya worden bloemenoffers of andere dingen geofferd voor een voorspoedige visvangst of persoonlijke gunsten. Feesten voor haar worden gevierd tijdens het zomersolstitium, vanwege haar betekenis als 'Moeder van de zon'. Yemanya's broer was Aganju; zij trouwden en kregen een zoon, Orungan of Orunjan (Middaguur) geheten. Deze werd verliefd op zijn moeder. Yemanya werd zwanger en ze ging liggen in het bos. Er kwamen twee stromen water uit haar borsten, en uit haar schoot verscheen een heel legioen orishas. Tot haar kinderen behoorden onder andere Shango, de god van donder en bliksem, de oorlogsgod Ogun, de godin van de Niger Oya, de riviergodinnen Oshun en Oba, en ook nog de zon en de maan.
Yemanja komt overeen met de godin Aphrodite als beschermster van de zeelieden, en in haar gestalte als vrouw met een vissestaart met Amphitrite, een titel van Aphrodite als zeegodin.


Yeshe-Kadhoma. Tibetaanse Dakini. Als godin van wijsheid helpt zij degenen die een beroep op haar doen om moeilijke rituelen uit te voeren. Ze helpt vooral de yogi's. Ze komt voor in sommige dansen. Ze wordt afgebeeld met een tiara op het hoofd.


Yhi. Zonnegodin van de Karraur, een Australische groep aboriginals. Moedergodin. Zij baarde zelf haar mannelijke tegenhanger Baiame, de Vader van Alles. Samen maakten ze de dieren en mensen. De maangod Bahloe is haar geliefde.


Zam-Armatay. Ook Zamyat. Perzische yazata of godin van de aarde, van zam, 'aarde'. De naam is verwant aan Slavische namen zoals Zemes Mate ('Moeder van de Aarde") of Zemyna. De naam van de Griekse Semele wordt hiermee ook wel in verband gebracht. Semele verbleef evenals de Baltische aardgodin onder de aarde, waar ze de doden ontving, en ze was de moeder van Dionysos, die de vruchten van de gewassen symboliseert die de aarde schenkt. Semeles betekenis, met ondermeer haar hemelvaart, is echter complexer.
In de mythologie van de Avesta komt een mannelijke aardgod Zam voor.


Zana.


Zara Mama. Peru. Korengodin, Moeder van de Mais.


Zarpanitoe. Assyrië. Vruchtbaarheidsgodin in Babylon. Ook: Zarpanitu of Zarpanitum. Ze werd vaak vereenzelvigd met Belili of Beltis. Mardoek was haar echtgenoot.


Zarya. Slavische lotsgodinnen. Ook Zorya. De drie Slavische lotsgodinnen, verwant aan de Noorse nornen en aan de Griekse Eos, Hemera en Hespera, de Hesperiden, maar ook aan de schikgodinnen zoals de Moiren of de Romeinse Faten.
De zusters waren de dageraad of morgenster Utrennyaya en de avondster Verchernyaya, ook voorgesteld als krijgster, en nog een Zarya van de nacht. In Polen heette de morgenster Zorya Wieczórniaia. De drie waren dochters van de zonnegodin Saule of de mannelijke zonnegod Dazhbog. Zij openden en sloten dagelijks de hemelpoort om de zon door te laten.
Zorya Utrennyaya zit onder een eikeboom op de steen Alatuir. Zij was ook een godin van het geneeskrachtige water. Onder haar stroomt een geneeskrachtige rivier, of de vier rivieren van de andere wereld. Dit is te vergelijken met de Urdarbron van de nornen, die werd verzorg door Urd, of met de bron van Arethusa op Sicilië. De tuin van de Hesperiden of de bijbelse hof van Eden, waarin Eva met Adam woonde, zijn varianten van dezelfde voorstelling.
Haar naam staat misschien in verband met Sura ('machtig') in de naam Aredvi Sura (Vochtige? machtige), een naam voor Anahita, of Mati Syra Zemyna, 'Vochtige moeder aarde'. De naam van de hindoegodin Sarasvati betekent 'vloeiende'; ook zij staat in verband met geneeskrachtig water. In het Finse kalevala-epos komt de beek Sara voor, waar de maagd Mari-Atta veilig haar kind ter wereld wil brengen.
In het Arabisch is de naam voor Venus Zohra, een van de namen voor Fatima; in het Urdu is dit Zohara.


Zemes Mate. Haar naam betekent 'aard-moeder'. Baltische aardgodin, vereerd in Letland. Zij komt overeen met de Litouwse Zjemyna of Sjemynele.
Zemes Mate was de beschermgodin van de gewassen en de velden; zij schenkt de mensen het voedsel. In de zaaitijd werd aan haar geofferd. Ze ontving ook de doden in de onderwereld, waardoor zij kan worden gelijkgeschakeld aan Velu Mate. Ze was een der Saules meitas, 'dochters van Saule', de zon.
In de Oekraïne, Polen en andere Slavische gebieden heette ze Mokos.
De Griekse Semele, de moeder van Dionysos, wordt ook wel met de Slavische aardgodin in verband gebracht. Semele werd verteerd door vuur toen zij de vader van de verwekker van haar kind Dionysos aanschouwde. Zeus werd in dit verhaal gelijkgesteld aan de zon, in de Baltische mythe de móeder van de aardgodin. Semele verdween hierop naar de onderwereld, het dodenrijk. Haar kind Dionysos komt ook voor als personificatie van de gewassen die de aarde aan de mens als voedsel schenkt. Semele kan ook worden gelijkgesteld aan Demeter, de Griekse korengodin. In Demeters liturgie komt een verhaal voor waarin zij kenmerken heeft van een zonnegodin die een dochter baart.


Zenobia. Zenobia is een dynastieke naam van de koninginnen van het matriarchale Palmyra, een centrale handelsplaats in Syrië. In het Aramees was haar naam Bath-Zabbai, Az-Zabba of Bathsjeba, 'dochter van Sjeba' of 'Dochter van zeven', ook 'dochter van de godin'. De Arabische vorm was Zainab.
De legendarische koningin Zenobia of Zainab die streed tegen de Romeinen werd de Septima Zenobia ('Zevende Bathsjeba') genoemd. Aanvankelijk begeleidde ze haar man Odainat op zijn jachtpartijen en militaire uitstapjes, maar die overleed, en ze werd regentes voor haar zoon. Deze heette Wahab-Allat, 'Geschenk van Allat. Allath was een aan Tyche of Astarte gelijk te stellen beschermgodin van steden, die onder de titel Allat werd vereerd in Syrië en het noorden van Arabië, die later werd genoemd in de koran met betrekking tot de godsdienst van Mekka en Medina.
Zenobia is een van de Arabische godinnen met militaire aspiraties, waarvan er inmiddels zo'n twintigtal beschreven zijn, waaronder de mythische Semiramis, met wie Zenobia zich graag identificeerde.
In het paleis van Zenobia in Palmyra, dat dateert van de tweede eeuw, is een Medusahoofd gevonden. In Palmyra geloofde men dat beelden van Medusa boze geesten afweerden. Aan weerszijden van de basis zijn zich palmtakken uitgesneden; dit zijn traditioneel symbolen van vrede.


Zemyna. Baltische aardgodin, Litouwen. Ook Zjemyna, Sjemynele of Zemlya. In Letland noemde men haar Zemes Mate. Ze was een dochter van de zon Saule.
Ook werd ze Mati Syra Zemlya genoemd, 'Vochtige Moeder Aarde'. Er is een verband met de oude Perzische yazata Zamyat (zam, 'aarde'). Haar ega was Yarilo of Erilo, de god van de liefde en vruchtbaarheid. Deze heeft kenmerken van goden als Apollo of Freyr, de fallische god van de Germanen. Yarilo werd voorgesteld als een man op een wit paard met een witte mantel, gekroond met een krans van bloemen. Hij draagt een korenschoof of een korenaar.
Zemyna is verwant aan Mokos.
Ook de oudere Griekse Semele is misschien een voorloopster van de Slavische aardgodin. Zij was de moeder van de fallische vruchtbaarheidsgod Dionysos.


Zenenet.


Zij die veel is.


Zuimaco.


Zwarte Kali. Zwarte madonna. Zwarte Madonna van Notre Dame aux Neiges. Frankrijk, Aurillac. Zwarte Madonna's of zwarte maagden werden vereerd in Europa, de Arabische wereld en India. In Europa komen ze voor in onder andere Frankrijk, Spanje, Italië, Polen. Voor dit aspect van de godin zijn vele verklaringen geopperd, zoals de symbolisering van de 'donkere dagen' van de nieuwe maan, of het doodsaspect van de godin, als heerseres van de onderwereld. Ook kan het symbool zijn van de vruchtbare aarde, of van het niet geopenbaarde mysterie van de baarmoeder of geboorte; het is de materie waarvan de ziel is gemaakt. De 'zwarte Madonna' is een voortzetting van de 'zwarte' vormen van godinnen zoals Cybele, Isis, Persephone, Inanna, Kali en anderen.
De zwarte maagd die het Christuskind op de schoot heeft, is een uitbeelding van de duisternis waarin het licht kan schijnen; dit komt naar voren in de verborgen kennis van het gnosticisme en de alchemie. Zij staat centraal in de alchemistische literatuur van de 12e en13e eeuw; grote kathedralen met de naam Notre Damedie in die periode werden gebouwd waren aan haar gewijd. Vaak waren hier al oudere cultusplaatsen waar een zwarte madonna werd vereerd, zoals het geval was met de grote kathedraal van Chartres. Onder deze kathedraal bevond zich in een grot de zwarte Notre Dame de Souterrain (Onze vrouwe van de onderwereld). Het labyrint op de vloer van deze kathedraal, waarover ingewijden de weg kunnen vinden door de draad te volgen, is eveneens een symbool van de oude, vrouwelijke Mysteriën van de godin.
De Zwarte Madonna van Einsiedeln in ZwitserlandBij het Franse Noves (Bouches du Rhône) staat een standbeeld van een zwarte maagd waar zich ooit een tempel bevond die was gewijd aan Hekate.
Clovis, de eerste Christelijke koning van de Franken, maakt melding van een Zwarte Maagd in een dal in een bos, die werd beschermd door een leeuw en welpen. In Polen wordt Onze Vrouwe van Czestochowa vereerd, een vorm van Maria als Mater Dolorosa, 'Moeder van Smarten'. Ze heeft een donkere huid, en twee evenwijdige littekens op haar gezicht. Jaarlijks maakt men een pilgrimage naar haar kerk. Zwitserland bezit de Zwarte Madonna van Einsiedeln. Volgens de legende dateert het begin van haar verering uit het jaar 853. Het beeld dat nu nog bestaat, is gemaakt in het jaar 1466.
Behalve de christelijke zwarte madonna's werden er in vele culturen 'Zwarte maagden' of zwarte godinnen vereerd. In India was Kali een zwarte godin.
Zwarte Madonna van Montserat, Frankrijk. In onze tijd komt de zwarte Madonna in Zuid-Europa nog voor als manifestatie van Maria, de moeder van Jezus. Oorspronkelijk was de Zwarte Madonna de godin in de vorm van een heilige steen. Cybele werd vereerd als zwarte meteoriet: haar symbool is een zwarte steen. Ook Demeter, Artemis en Isis zijn bekend als Melaina of 'De Zwarte'. De Afrikaanse Nana werd vereerd als zwarte maagd. Haar ondoorzichtige sluier verhulde het mysterie van het leven, net als de sluier van de Egytpische Isis of Neith.
Op Haiti wordt, in de voedoetraditie, een zwarte godin met de naam Ezili Danto vereerd. Haar kind is een dochter, en ze heeft geen man, maar vele minnaars. Ze heeft net als de Poolse Madonna littekens in het gezicht. Ze trouwt nooit, maar kan wel een spiritueel huwelijk met mensen aangaan, zowel met mannen als vrouwen. Ze werkt hard. Ze wordt snel boos, en haar boosheid manifesteert zich als een onweer.
Zwarte Ephesische Diana, met haar vele borsten, en haar kroon in de vorm van de toren van de stad. Dit beeld is te bezichtigen in het museum op het Capitool in Rome Veel van deze godinnen zijn later opgegaan in de maagd Maria. De Efesische Diana werd uitgebeeld als zwarte godin; in Efese werd Maria in de vierde eeuw officieel tot Moeder van God uitgeroepen. Dergelijke beelden van de klein-Aziatische Artemis of Diana waren verspreid over een groot gebied langs de kust van de Middellandse Zee en tot diep in Azié. Men blijft ze echter noemen naar haar beroemde tempel in Ephese, die tot de zeven wereldwonderen behoorde. Een andere Klein-Aziatische godin die vaak in het zwart werd uitgebeeld was Cybele. Van haar bevond zich een zwart beeld in haar tempel, op de plaats waar nu het Vaticaan staat. De bedevaartsgangers die haar bezochten, kusten hier haar voet. De voet van het beeld was door deze vorm van verering sterk afgesleten. Dit gebruik is sinds de komst van de Roomse kerk overgenomen door Petrus, van wie nu een zwart beeld in het Vaticaan te vinden is. Het zwarte beeld van Cybele bevind zich tegenwoordig in de catacombe van een andere kerk in Rome.







home: www.nissaba.nl/godinnen